Hoe zit het met de procespositie van belanghebbenden in een verzoekschriftprocedure? Wie zijn belanghebbenden en welke procesrechten hebben ze? Daarover het volgende.
De Hoge Raad oordeelde eerder dat niet in zijn algemeenheid aan te geven is wie in een verzoekschriftprocedure als belanghebbende moet worden aangemerkt. Dit moet voor ieder type verzoekschriftprocedure uit de aard van de procedure en de daarmee verband houdende wetsbepalingen worden afgeleid (HR 25 oktober 1991, NJ 1992, 149). Later voegde de Hoge Raad daaraan toe dat daarbij tevens gekeken moet worden in hoeverre iemand door de uitkomst van de desbetreffende procedure in zijn eigen belang getroffen worden (HR 6 juni 2003, NJ 2003, 486). In veel familie- en erfrechtzaken zijn de kinderen/erfgenamen aan te merken als belanghebbenden.
Kun je cassatieberoep instellen als je niet bent opgeroepen in de procedure bij het Hof en de rechtbank? Ja, dat kan. De eisen van een behoorlijke rechtspleging brengen namelijk mee dat moet worden aangenomen dat de in art. 426 lid 1 Rv gebezigde woorden “in een der vorige instantiën verschenen”, niet de strekking hebben om beroep in cassatie uit te sluiten als de niet-verschenen belanghebbende buiten zijn schuld niet in de vorige instantie is verschenen.
Wat moet een rechter doen als hij pas op de zitting er achter komt dat er nog meer belanghebbenden zijn? Kan hij volstaan met het geven van de mogelijkheid aan die belanghebbenden om schriftelijk te reageren op het proces-verbaal van de zitting? Nee, dan kan niet. De Hoge Raad (HR 20 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1892) oordeelde hierover als volgt :
“Uit hetgeen hiervoor in 3.2 is overwogen, volgt dat het hof in deze zaak, toen het constateerde dat twee van de kinderen van de moeder ten onrechte niet voor de mondelinge behandeling waren opgeroepen, geen verweerschrift hadden ingediend en niet waren verschenen op de mondelinge behandeling, een nieuwe mondelinge behandeling had moeten gelasten en deze twee kinderen daarvoor had moeten oproepen. Daaraan doet niet af dat het hof deze twee kinderen na afloop van de mondelinge behandeling in de gelegenheid heeft gesteld te reageren op het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, aangezien niet blijkt dat zij daarbij in de gelegenheid zijn gesteld alsnog gebruik te maken van hun processuele rechten. De klacht slaagt.”
Bent u belanghebbende in een procedure en op zoek naar rechtsbijstand? De advocaten van ons kantoor helpen u graag.