De informatieverplichting van de notaris

De informatieverplichting van de notaris en de verklaring van erfrecht is een belangrijk document om een erfenis te kunnen afwikkelen. Zo wordt er bijvoorbeeld vrijwel altijd door de bank om een verklaring van erfrecht gevraagd alvorens de banksaldi worden vrijgegeven. De verklaring van erfrecht geeft namelijk duidelijkheid over wie de erfgenamen zijn en wie het beheer voert over de nalatenschap. Omdat het om een notariële akte gaat, mogen derden er op vertrouwen dat de inhoud van de verklaring van erfrecht juist is. Het is immers een notaris die onderzoek heeft gedaan naar de juridische status van de nalatenschap en zijn bevindingen in de verklaring van erfrecht heeft vastgelegd. Maar wat doet de notaris nu precies als hij een verklaring van erfrecht gaat opstellen? En wat mag je nou precies van de notaris verwachten?

De notaris zal allereerst nagaan of de overledene een testament heeft gemaakt. Vervolgens zal de notaris vaststellen wie de erfgenamen zijn. De notaris raadpleegt daartoe onder andere de Basisregistratie Personen. Vervolgens zal hij de erfgenamen benaderen met de vraag of deze de erfenis al dan niet wensen te aanvaarden. Een bij testament benoemde executeur zal ook gevraagd worden of hij zijn benoeming aanvaard. Met andere woorden: de notaris heeft een actieve taak om belanghebbenden te informeren. Maar hoe actief moet de notaris zijnin zijn informatieplicht?

Informatieplicht volgens de rechtbank

De rechtbank Zeeland – West-Brabant geeft daar een antwoord op. Allereerst wijst de rechtbank er op dat een notaris zijn ambt in onafhankelijkheid dient uit te oefenen en de belangen van alle bij de rechtshandeling betrokken partijen op onpartijdige wijze en met de grootst mogelijke zorgvuldigheid dient te behartigen. De rechtbank wijst er vervolgens op dat de notaris in het kader van de op hem rustende zorgplicht een informatieplicht heeft. Verder refereert de rechtbank aan de uitgangspunten van de Werkgroep deontologie nieuw erfrecht. Deze zijn opgesteld om de notaris uitgangspunten te bieden bij de invulling van zijn rol bij de behandeling van een nalatenschap. Deze werkgroep hanteert als uitgangspunt dat de notaris die een verklaring van erfrecht afgeeft, de door hem vastgestelde erfgenamen aanschrijft en informeert. Dit teneinde de erfgenaam te informeren over diens rechtspositie en daarmee ook over de positie van andere belanghebbenden zoals een onterfd kind of een legataris, waarbij met name gedacht kan worden aan de (wils)rechten die kunnen worden ingeroepen of relevante termijnen.

Informatieverplichting – voorbeeld uit de praktijk

In de zaak die bij de rechtbank Zeeland – West-Brabant speelde werd geoordeeld dat de notaris in zijn taken was tekortgeschoten. Hij had ten onrechte een erfgenaam niet aangeschreven noch deze erfgenaam geïnformeerd over diens rechtspositie. Maar in hoeverre moet een notaris zich inspannen om zich ervan te vergewissen of een erfgenaam een erfenis wil aanvaarden of verwerpen? Een erfgenaam kan immers onvindbaar of onbereikbaar zijn. De wet bepaalt dat in de verklaring van erfrecht wordt vermeld of een erfgenaam de nalatenschap reeds heeft aanvaard. Deze woordkeuze van de wetgever geeft de notaris mijn inziens de mogelijkheid om in de verklaring van erfrecht op te nemen dat iemand tot erfgenaam is benoemd, maar dat deze erfgenaam nog geen keuze heeft gemaakt of hij de nalatenschap wenst te aanvaarden. De notaris zal derhalve niet de hele wereld over hoeven te reizen om nasporingen te doen naar een onvindbare erfgenaam om zich er van te vergewissen of deze de nalatenschap al dan niet wenst te aanvaarden.

Een andere vraag is evenwel of de notaris ook het onterfde kind uit eigen beweging dient mee te nemen in zijn informatieverplichting over de erfenis en diens eventuele recht op de legitieme portie. Het Gerechtshof Amsterdam oordeelde in 2013 dat dit het geval is. Voornoemde werkgroep heeft echter de regel opgesteld dat de notaris een legitimaris niet uit eigen beweging informeert. Deze tegenstelling heeft binnen het notariaat voor veel discussie gezorgd. De ene notaris volgt de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam, terwijl de andere notaris zich beroept op de regels van voornoemde werkgroep.

De uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant is hier te lezen.

De uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam is hier te lezen.